Mijn inspiratie voor dit receptje haalde ik bij Sofie Dumont en haar TV-programma ‘Goe Gebakken’. Het deeg is eenvoudig te bereiden en nodigt bovendien uit om naar hartelust te variëren met toppings. Deze variant met appeltjes en rozijntjes maakte ik het vorige week als ‘begeleider’ van onze kaasschotel. Er zullen ongetwijfeld nog veel varianten volgen…
Wat heb je nodig? 500g bloem, 12g zout, 15g honing, 15g verse gist en 3 dl lauw water en voor de toppings: 2 appels, rozijnen, pijnboompitten, olijfolie met vanillestok en rozemarijn, fleur de sel, 100 ml goede olijfolie, vanillestok
Wat heb je nodig? Neem een ruime mengkom en doe er de bloem in. Maak een kuiltje, strooi op de rand van de bloem het zout. Los in het lauw water de gist op en voeg de honing toe. Roer tot alles is opgelost en giet dit mengsel in het bloemkuiltje. Meng van binnen naar buiten de bloem langzaam bij de vloeistof tot je een deegbal krijgt. Kneed het deeg 6 minuten met de hand of in een keukenrobot. Laat het deeg 5 minuutjes rusten onder een handdoek of plastic folie. Sla de lucht er uit. Rol het deeg uit met een dikte van een halve cm, of ter grootte van de bakplaat. Dek af met handdoek of plastic folie.
Schraap intussen het merg van een vanillestok en doe bij de olijfolie en voeg er wat gedroogde rozemarijn bij. Meng alles onder elkaar. Smeer met borsteltje de deegstukken in met de olijfolie. Laat 20 minuten rijzen onder plasticfolie.Duw met de vingertoppen putjes in het deeg tot tegen de bakplaat. Kwast de foccacia opnieuw in met de olijfolie.
Duw de pijnboompitten, de appelpartjes en de rozijnen in het deeg. Laat nog een kwartiertje rijzen onder folie. Verwarm de oven en bak de foccacia in 10 à 15 minuten goudbruin 220°C.
Creatieve suggesties : Je kan met dit recept ook hartige foccacia’s maken. Duw voor het bakken stukjes ui, paprika, provencaalse kruiden of/en zongedroogde tomaatjes in het deeg.