De ene zegt labaneh, de andere labné, ik zeg gewoon dat het lekker én altijd verrassend is. Deze doe-het-lekker-zelfroomkaas is tegenwoordig niet meer weg te denken bij het aperitief. En ja, labne maken doe je lekker zelf. Het enige wat je nodig hebt, is yoghurt (liefst volle yoghurt en als het even kan een combinatie van geiten- en traditionele yoghurt) en wat geduld. Met de topping en afwerking kan je alle kanten uit : hartig met zout en een kleurrijke topping of lekker zoet met honing en oranjebloesemwater. Aan jou de keuze…
Hoe ga je te werk?
Roer het zout door de yoghurt. Leg een schone kaas of theedoek in een vergiet, schep de yoghurt erin en laat minstens 8u (voor een zachte labne) tot 24 uur (voor een harde labne) uitlekken.
Giet de wei weg en verdeel de yoghurt over een mooi bord, strijk glad en maak met de bolle kant van een lepel enkele geultjes in het mengsel. Verdeel alle toppings (pitjes, nootjes, muntblaadjes over het bord en besprenkel met de granaatappelmelasse en werk af met soemak (gedroogde aromatische bessen, verkrijgbaar in de ethnische winkels).
Serveer met brood bij het aperitief of als onderdeel van een oriëntaals buffet.
