Onlangs kreeg ik de vraag welke keuken mijn voorkeur genoot. Het viel mij op dat ik lang moest zoeken naar een antwoord. Geef mij eerst en vooral stevige Vlaamse kost : rode kool of stoemp met saucissen. Ook alles van rond de Middellandse Zee weet ik best te pruimen. Recent ontdekte ik ook de andere kant van die zee en kan je mij gerust een fan van de keuken van het Midden-Oosten noemen. Kikkererwten, linzen, aubergines staan met de regelmaat van de klok op het menu. Ook een kookles of een boek rond dit thema sla ik niet af.
Maar het liefst van al ga ik ze ontdekken zoals vorige week met ‘partner in crime’ Jo. Wij reserveerden een tafeltje bij Al Jannah niet ver van het Marollenplein en lieten ons onderdompelen in de rijke maar onbekende keuken van Libanon.
De zaak? Eenvoudig, kraaknet met het uitzicht van een edele snackbar.
De klanten? Een bonte mengeling van Brusselaars, toeristen én niet onbelangrijk ook veel couleur locale.
De kaart? Eenvoud troef. Koude en warme mezzes (typisch voor de Libanese keuken), samengestelde borden (vegetarisch én niet vegetarisch) en verrukkelijke grillades.
De keuze? Was heel moeilijk. Wij namen een mezze-variatie gevolgd door een rijkgevulde ‘assiette’ en een pittige grillade.
De smaak? Geweldig. Wij hebben van de eerste tot de laatste beet genoten en stapten met een veel te volle maag naar buiten.
Het adres? Al Jannah, Blaesstraat 59, 1000 Brussel
